maandag 24 maart 2008

Goed huis gezocht

De twee mannen laadden de bank en de antieke kast in een gammele bus. Ze droegen overalls met op hun rug het logo van Emmaus.
‘Gaat u verhuizen?’ vroeg de dikste van de twee. Even stelde Anton zijn antwoord uit.
‘Zo zou je het kunnen zeggen,’ antwoordde hij toen.
Hij zag dat de beide mannen elkaar met opgetrokken wenkbrauwen aankeken. Ze zullen wel denken dat ik naar het bejaardentehuis ga, dacht hij. Laat ze maar.

Antons stappen klonken hol in zijn woning. Alleen het bed, een slaapkamerstoel en de hondenmand hadden de medewerkers van de kringloopwinkel laten staan. Een brief met zijn voordeursleutel stopte hij in zijn jaszak. De teckel keek hem aan, hield zijn kop scheef en jankte zachtjes.
‘Goed dan, loop maar met me mee.’
Bij de buurtsuper op de hoek liep hij naar binnen. Van het prikbord pakte hij een in hanenpoten geschreven kaartje. Er stond op: Goed huis gezocht voor lieve teckel, tien jaar oud.
‘Niemand wil je,’ mompelde hij tegen de hond, die blafte en hem mee naar buiten trok. Omdat de belangstellende telefoontjes waren uitgebleven, had zijn baas besloten dat de hond maar moest blijven. Hem naar het asiel brengen wilde hij niet, dat zou ook de dood van het beest hebben betekend.

Tegenover de supermarkt was de huisartsenpraktijk, waar Anton naar binnen ging.
‘Komt u uw recept ophalen?’ vroeg de doktersassistente, die achter de balie stond.
Hij bromde instemmend.
Terwijl hij alweer in de richting van de uitgang liep zei ze: ‘Wat een leuke hond hebt u!’
Buiten gooide hij de envelop, die hij van huis had meegenomen, in de brievenbus van de arts. Hij hoorde nog hoe de sleutel die daarin zat op de bodem van de bus viel. Als ze mijn brief en de sleutel morgen vindt, dan zullen ze wel komen, dacht hij.

Anton liep zo snel hij kon weer verder. Bij de bank wierp hij een acceptgiro in de brievenbus, die was gericht aan de Dierenbescherming. Een ton schonk hij.
‘Doe er iets moois mee’, zei hij hardop.
Tot slot ging Anton bij de apotheek naar binnen. Hij meed de blik van de apotheker toen hij hem het recept gaf. De man reikte hem het doosje met de pillen aan.
‘Niet meer dan één per avond innemen!’, zei hij nog met nadruk.

Het laatste stuk naar huis trok de hond niet meer, hij sjokte nu langzaam achter zijn baas aan. Die opende de deur en met de staart tussen de benen liep de hond mee naar binnen.
‘Ben je ook zo moe, of weet jij al wat ik van plan ben?’ mompelde Anton.
In de keuken gooide hij tien pillen in zijn voerbak. De teckel snuffelde lang aan het voer, keek naar hem omhoog, maar begon toen toch te eten. De overige pillen uit het doosje nam Anton zelf in. Voordat hij naar zijn slaapkamer liep, legde hij nog even zijn hand op de kop van de hond.

De tumor in zijn hoofd zorgde ervoor dat Anton een paar maanden geleden ondragelijke hoofdpijn had gekregen. Hij wachtte lang voordat hij naar de huisarts ging. De specialist gaf hem geen hoop meer. Een half jaar hooguit dacht hij dat zijn patiënt nog te leven had. Zo lang wilde Anton niet meer wachten. Een afscheidsbrief had hij niet geschreven. Voor een paar verre neven en nichten, hoefde hij zich niet te verantwoorden.

Anton lag in zijn bed te wachten op het einde. Hij voelde zich verdrietig, maar toch ook opgelucht. De slaaptabletten zouden weldra hun werk doen, nog even en dan hoopte hij weg te zakken in een diepe, weldadige slaap. Hij verlangde zo naar een hiernamaals, hoewel hij niet zeker wist of dat wel bestond.
‘In het huis Mijns Vader zijn vele woningen… en Ik ga heen om u een plaats te bereiden,’ was de Bijbeltekst die zijn moeder op haar sterfbed prevelde.

Vijf keer luidden de kerkklokken en meteen daarna hoorde Anton hoe een sleutel in het slot van zijn voordeur werd rondgedraaid. De doktersassistente kwam de slaapkamer binnen. Haar hakken tikten over het zeil. Ze boog zich voorover, bracht haar hoofd ter hoogte van zijn hoofd en sprak luid:
‘Meneer Van Dalen, hoort u mij?’
Hij reageerde niet, waarna ze hem in het gezicht sloeg.
‘Ik heb uw brief gelezen.’
Anton kreunde. Hij voelde zich als een vluchteling, die vlak voordat hij de grens wilde oversteken, gegrepen werd door de douanepolitie. Zijn leven zou met een maandenlang, ellendig verblijf in een verpleegtehuis worden verlengd. Een gevoel van grote teleurstelling overviel hem. Ze kwam te vroeg. Vandaag al had ze de brievenbus geleegd, terwijl hij verwachtte dat ze dat pas morgenvroeg zou doen.
‘Ik ga een ambulance bellen, om in het ziekenhuis uw maag leeg te laten pompen.’
‘Laat me toch,’ fluisterde hij.
‘Ik kan toch niet…,’ protesteerde ze. De pillen begonnen te werken en hij ving maar een paar flarden op van wat ze verder nog zei. Ze praatte over morfine, thuiszorg en beroepseer.
‘Laat me toch,’ zei hij nog een keer en keek haar smekend aan.
‘Ik weet ook wel...,’ begon ze opnieuw, ‘het verdere verloop van uw ziekte is gruwelijk.’
Anton zag dat ze rechtop ging staan en door zijn slaapkamer begon te ijsberen.
‘Dan zou u zelf…,’ perste hij er nog uit, terwijl hij naar adem hapte,
‘…hetzelfde gedaan hebben.’
Het was een tijdje stil in de woonkamer. De assistente ging weer naast zijn bed zitten en nam haar hoofd in haar handen.
‘Ik kan toch onmogelijk die brief terugleggen…,’ zei ze na een tijdje.
Hij hoorde de twijfel in haar stem. Misschien kon hij haar afleiden. Veel tijd hoefde hij niet meer te winnen.
‘De hond, ik ga hem ook wat door zijn voer.’
‘Slaappillen?’ vroeg ze met verbazing in haar stem.
‘Ja,’ zei hij nauwelijks hoorbaar en liet uitgeput zijn hoofd in het kussen vallen.
Ze stond op. Haar hakken tikten opnieuw over het zeil. Het laatste wat hij hoorde was hoe de vrouw de hond liet braken.

TOP Bemmel organiseert jaarlijks haar literatuurwedstrijd in samenwerking met uitgever Kontrast. Het thema van 2008 is In het voorbijgaan. Er waren 166 inzenders, waarvan ongeveer de helft in een bundel werden opgenomen, waaronder ook mijn verhaal. Op 15 maart wordt tijdens een literaire avond de bundel gepresenteerd en mogen vijf genomineerden voorlezen, waarvan het verhaal door de jury het best gewaardeerd werd. Ik behoor ook tot een van hen. Zie ook: www.uitgeverijkontrast.nl en www.topbemmel.nl.



Geen opmerkingen: